Een pinkstervraag
“Hebt gij de Heilige Geest ontvangen, als gij geloofd hebt? En zij zeiden tot hem: Wij hebben zelfs niet gehoord, of er een Heilige Geest is” (Handelingen 19:2).
Paulus bezoekt de stad Efeze. Als hij in Efeze komt, is hij op zoek gegaan naar christenen. We lezen dan: “En enige discipelen daar vindende…’. Tot zijn blijdschap vindt Paulus in de grote havenstad Efeze enige discipelen. Paulus stelt deze discipelen een belangrijke vraag. Een vraag die de Heere ook aan ons stelt: “Hebt gij de Heilige Geest ontvangen als gij geloofd hebt?”
Stel u voor dat de apostel Paulus onze gemeenten eens doorreisde en de ene na de andere gemeente van ons kerkelijk verband bezocht om daar een onderzoek in te stellen naar de stand van het geestelijk leven. Laten we eens veronderstellen dat hij ook hier in de gemeente van Houten kwam en aan ons de vraag stelde: “Hebt gij de Heilige Geest ontvangen als gij geloofd hebt”? Wat zou dan ons antwoord zijn? Wat kennen wij persoonlijk, ondervindelijk en werkelijk van het werk van de Heilige Geest? Heeft de Heilige Geest het stenen hart uit uw binnenste weggenomen en een vlezen hart geschonken?
Is er zo’n tijd in uw leven geweest waarin de Heilige Geest uw hart vernieuwde, u tot een nieuwe mens maakte, zodat de dienst des Heeren die u vroeger een last was, u nu tot een lust is geworden en de dingen van de wereld waarin u vroeger uw plezier vond, u nu met schaamte en droefheid vervullen? Werd u ooit tot een ander soort bidden gebracht dan voorheen? Werd u gedreven in verborgen plaatsen om uw gemis van God en de ellende van uw hart voor God uit te wenen? Wat weten we van het werk van overtuiging? Is er wel ooit een tijd in uw leven gekomen dat u overtuigd werd van uw zonde en ellende? Zag u uzelf ooit zonder God en zonder Christus in de wereld? Werd het ooit beleving in uw ziel, dat u nooit anders hebt gedaan dan God vermoeien met uw zonden en arbeid maken met uw ongerechtigheden en daarom aan Zijn rechtvaardige toorn onderworpen bent? Wat weten we van het werk van het geloof? Is er een tijd gekomen dat de Heilige Geest het geloof in u werkte en u, zoals de gebeten Israëlieten in hun nood op de koperen slang zagen, uw blik op de gekruisigde Christus sloeg? Wat weten we van het werk van de verzegeling? Heeft de Heilige Geest Zijn zegel wel eens op het werk in uw hart gezet, zodat u met verwondering mocht zien en geloven dat Gods werk in u is? Heeft Hij u verzekerd dat u voor eeuwig deelhebt aan God en aan Christus en dat u nooit meer vervallen zult uit Gods eeuwig verbond? Heeft de Heilige Geest u verlost van de geest van de dienstbaarheid, die altijd weer tot vrees brengt en u geschonken de Geest van de aanneming tot kinderen? Is voor u de weg tot God geopend als een verzoend God en Vader, Die Zijn toorn in Christus heeft afgelegd?
Hebt Gij de Heilige Geest ontvangen? Of zijn dit vreemde zaken voor u? Als u daarover hoort preken, zegt u dan: nooit van gehoord, ik weet van het bestaan van die geestelijke zaken niet af. Wat is dat erg! Dat betekent dat u nog geheel dood bent in de zonden en de misdaden. Het betekent dat u Christus niet kent en niet met God verzoend bent. Wat moet ik u aanraden? Op de pinksterdag is ook een belangrijke vraag gesteld. Die vraag was: “Wat zullen wij doen, mannen broeders”? En wat heeft Petrus toen gezegd? Zei hij: afwachten of je uitverkoren bent? Heeft Petrus gezegd: de middelen waarnemen en voor de rest op God wachten? Nee. Petrus heeft geroepen: “Bekeert u en een iegelijk van u worde gedoopt in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving van de zonden”.
U moet u bekeren. Waarvan weet u zelf het beste. U moet de afgod en de zonde uit uw leven wegdoen. U moet tot Christus de toevlucht nemen, Die in de wereld is gekomen om de zondaren zalig te maken. U moet in Christus geloven, dat is: in Christus uw heil zoeken, tot Hem vluchten en u aan Zijn voeten neerwerpen. In dit werk moet u niet hopen op uzelf, maar op Gods belofte. Er is een belofte van de Heilige Geest gegeven. In de belofte is te vinden wat u zelf mist. De Heere Jezus zegt in Lukas 11:13: “Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven dengenen die Hem bidden?”
Ds. C. Harinck
Fragment uit: ‘Vier uw vierdagen’, 2003, Den Hertog B.V., Houten